Spiel 2019: een korte terugblik

Geplaatst door

Als je het nog niet helemaal spuugzat bent, kun je vandaag nog een extra Spielverslag lezen. Ik zal daarom proberen het kort te houden en niet alle spellen die ik daar gespeeld heb tot in detail te beschrijven. Over de spellen heb ik natuurlijk wel iets te zeggen, maar ik begin met het belangrijkste: de beurs.

Ik word er met de jaren steeds ambivalenter over. Dat zal vast de leeftijd zijn, ik ben per slot van rekening al een oudere jongere. Eerst het positieve: ik heb me drie dagen lang uitstekend vermaakt. In de eerste plaats door het gezelschap. Met mijn beide dochters en Wendy en haar zoon is zo’n beursbezoek automatisch geslaagd, hoe suf de gespeelde spellen ook zijn. Ik weet niet hoeveel tieners bereid zijn drie dagen lang in krankzinnig drukke beurshallen met een vader of moeder rond te struinen, omgeven door mensen die, laat ik het zo zeggen, de persoonlijke verzorging niet altijd even serieus nemen. Dan zijn die ouders ineens een stuk minder awkward. Of cringe, daar wil ik van af wezen.

Maar jongens, krankzinnig druk was het weer. Ook met een paar hallen erbij was er soms geen doorkomen aan en was je bij veel grote uitgevers volstrekt kansloos om een tafeltje te vinden. Alleen een stevige portie geduld en geluk kan daarbij helpen. Dat is jammer, want je komt toch echt om te spelen, niet alleen om te kopen.

Helaas is Spiel toch vooral ingericht op dat laatste. Even relaxt ergens een spel doen, desnoods eentje die je net zelf gekocht hebt, is volstrekt kansloos. Die lege hal 7 was vast echt fijn voor de mathtraders onder ons, maar als hij helemaal gevuld was met tafels waar je zonder begeleiding een spel kon doen was me dat een stuk liever geweest. Een verplichte consumptie had vast niemand erg gevonden. Het verbaast me dan ook niks dat de previewavond in een paar minuten was uitverkocht. Gewoon, een avondje nieuwe spellen spelen zonder je door de menigten te hoeven persen, wanhopig op zoek naar een tafeltje. Op zwakkere momenten wenste ik wel eens dat ik een katana bij me had.

Een andere terugkerende ergernis is de belachelijke rijen voor de beurs opent. De afgelopen jaren waren we er altijd vroeg bij, om maar een plekje in de dichtbij gelegen parkeergararage P9 te bemachtigen. Dat je vervolgens ruim een uur in een samengeperste mensenmassa moest wachten namen we voor lief. Dit jaar besloten we maar gewoon uit te slapen en dan maar wat verderop te parkeren. Dat hadden we jaren eerder moeten doen. Nu liepen we op ons gemak iets na tienen de beurs in, vol goede moed. Misschien was het toeval, maar dit was het eerste jaar dat we het iedere dag bijna tot sluitingstijd uithielden.

Want wat ging de tijd snel, als je eenmaal binnen was. Heb je net goed twee spellen gespeeld, is het alweer bijna drie uur! Dat is toch een goed teken. Had ik al gezegd dat we ons uitstekend vermaakt hadden, ook met de spellen? Ik ga ze langs per hal.

Hal 1: Deze hal wordt gedomineerd door enkele verkopers en natuurlijk de reuzenstand van Queen. Daar wilde ik erg graag Rune Stones proberen. Mijn inschatting dat dit kansloos zou zijn bleek vrij accuraat. Zelfs bij Alhambra, dat nota bene nog steeds gedemood wordt, waren de tafels permanent bezet. Volgend jaar hal 1 maar reserveren voor deze uitgever, en voor de rest een extra hal inruimen.

Hal 2: Ook hier vind je aardig wat verkopers, waaronder een paar scherp geprijsde. Ik sluit niet uit dat ik hier ergens iets heb gekocht. Dat soort dingen vergeet ik altijd, net als de locatie van de stand waar ze dat ene spel voor een mooie prijs hebben. Nutteloze feiten van dertig jaar geleden zitten voor eeuwig in mijn hoofd, dit soort informatie vergeet ik binnen een seconde. Net als de richting overigens. Ik heb na bijna twintig jaar nog steeds de plattegronden boven de doorgangen nodig om mijn weg te vinden.

Bij Thundergryph speelde ik Hats en Spirits of the Forest. Die laatste stamt al van vorig jaar en is de meerpersoonsversie van het oude Richelieu. Dat vond ik destijds aardig genoeg om te spelen, maar niet om te hebben. Dat bleef hierbij zo, al is de vormgeving wel een stuk beter. Hats was een interessant spel voor twee of drie spelers (of twee teams), maar ik had er nog maar weinig vat op. Omdat de dames ook niet enthousiast waren heb ik het maar gelaten.

Helemaal zeker weet ik het niet, maar we speelden hier ergens ook Hold your Tongue. Dat is een triviaspel waarbij je omschrijvingen moet geven met je neus dichtgeknepen of je tong uit je mond. Net iets leuker dan je op basis hiervan zou denken, maar ik vermoed dat de doelgroep het in aangeschoten toestand leuker vindt. Maar ook als je onverstaanbaar bent blijkt de speler met de grootste nutteloze kennis dit spel gewoon te winnen.

Hal 3: Dit is de monsterhal met de grote uitgevers. ‘s Ochtends is het hier nog wel te doen, maar na twaalven is een zekere volharding vereist. Of je houdt natuurlijk de hele dag het tafeltje bezet dat je om 10:30 vond, dat kan ook. Ik krijg bij Pegasus, Kosmos, Schmidt en al die anderen niet het idee dat ze zoveel mogelijk mensen kennis willen laten maken met hun spellen. Toch kon ik hier aardig wat spelen. De stands van Zoch en Jumbo hadden namelijk wel genoeg plek.

Blikvanger bij Zoch was coöperatieve versie van Villa Paletti, Menara. We speelden de enorme demoversie, toch een stuk minder gepriegel dan de gewone. Ik had het al eens gespeeld en beperkte me tot het uitdelen van de pilaren uit de zak. Desondanks voelde het alsof ik meespeelde en ik was net zo teleurgesteld toen het zaakje met een enorm geraas instortte.

Daarna speelden we nog Beasty Bar, een redelijk onderhoudend kaartspel, en Panic Island, een coöperatieve versie van Memoarrr. Beasty Bar was het leukst, maar niemand meende dat het gekocht moest worden.

Terwijl de anderen bij Haba een snel dobbelspel (Wurf und weg, meen ik) speelden kon ik bij een stel demoërs aanschuiven voor Miyabi. Dat was een heel interessant puzzelspelletje, dat ik graag met de anderen had willen doen. Maar in dit genre heb ik wel meer spellen, dus mijn eigen oordeel vond ik niet voldoende voor een aanschaf. Het blijft nog wel even beschikbaar, dus ik kan me altijd bedenken.

De meest onderschatte stand van Hal 3 was misschien wel Jumbo. Er was altijd veel plaats om welk spel dan ook te doen. Ik speelde met Wendy nog Forbidden City, gewoon omdat het kon. Van de nieuwe spellen deden we Caper en Harvest Island. Helaas was de uitleg bij deze stand niet helemaal wat je zou willen, waardoor Harvest Island wat in het water viel. Misschien is het gewoon een leuk en simpel verzamelspelletje (en vooral prachtig vormgegeven), maar ik had het idee dat er wat regels onbenoemd bleven. Er waren in ieder geval onduidelijkheden genoeg. Jammer.

Caper daarentegen had veel potentie. Het eerste potje was een beetje doorbijten, want van iedere kaart moesten we in de regels opzoeken wat ie deed. Gelukkig waren de symbolen erg duidelijk. Caper is een listig doorgeefspelletje voor twee met aardig wat variatie. Bij mij blijft hij nog even op de radar, Wendy nam hem mee naar huis. Ik sluit niet uit dat hij hier ook nog een keer belandt.

Het eerste spel van de beurs dat we deden was ook in Hal 3: Ticket to Ride Japan. Dagmar heeft daar al meer over geschreven. Het is een van de leukere kaarten van het spel. Toen ik de kinderen na afloop van de beurs vroeg welk spel ze het leukst vonden, noemden ze alle drie dit spel. Doe daarmee wat je wilt.

Hal 4: Hier hebben we misschien wel de meeste tijd doorgebracht. Deels doordat hier veel interessante uitgevers zaten, deels doordat ze gewoon vaak tafels beschikbaar hadden. Bij de Franse stand deden we Chakra, Montmartre, Rapid City en Save the Meeples.

Chakra is een fraai vormgegeven ontspannen puzzelspelletje. Een van mijn dochters was zo enthousiast dat ze dit spel koos om mee te nemen. Ik kon me prima vinden in die keuze. De geestdrift voor Montmartre was minder. Ik vond het zelf nog wel een heel aardig spel. Kaarten pakken, kaarten verkopen voor punten en wel alles op tijd, want het spel is voorbij voor je het in de gaten hebt. Snel beslissen met een voortdurend dreigend voortijdig speleinde, ik houd er wel van. Omdat de achterban er duidelijk anders over dacht ging het toch maar niet mee. Een spel kopen en nooit kunnen spelen omdat je de enige bent die het leuk vindt, het is me al te vaak gebeurd.

Save the Meeples vond ik makkelijker om te laten liggen. Dit bordspel heeft interessante ideeën en ziet er indrukwekkend uit. Helaas is het spelverloop soms wat moeizaam en duurt het net te lang voor wat het biedt.

Het grootste succes van deze stand was waarschijnlijk Rapid City, een snel reactiespel in het Wilde Westen. Ik vond het zelf niet zo bijzonder, maar de kinderen waren allemaal razend enthousiast. Wendy kocht het de eerste dag al en ‘s avonds kwam het direct al vier keer op tafel. Dat kan prima, het spel duurt nog geen vijf minuten. Ik ben uiteindelijk gezwicht en heb het ook meegenomen. Gelukkig maar, want op school bij mijn jongste schijnt nu iedereen het te willen hebben.

We kwamen vooral in hal 4 voor The Walking Dead: Something to Fear. Beide dochters, vooral de jongste, zijn helemaal fan van deze naargeestige en ranzige strip annex tv-serie, dus dit moest gespeeld worden. Dat was nogal lastig, want de tafels bij de stand waren gereserveerd voor andere spellen. We moesten het met een summier overzicht doen. Gelukkig waren die andere spellen op zaterdag uitverkocht en kwam er een tafel vrij. Zodra we daar lucht van kregen gingen we het natuurlijk spelen. De conclusie was dat het mee naar huis mocht, maar ik vermoed dat die conclusie ook voor de beurs al getrokken was. Overigens is het nog best een aardig kaartspel en niet alleen een goedkope cash-in.


De leukste spellen in hal 4 waren twee die al van tevoren op mijn kijklijst stonden (was die moeite toch niet verspild): Red Dragon en Rumble Nation. Red Dragon is een simpel maar doeltreffend slagenspel van een Hongaarse uitgever. Precies mijn soort spel en een bovengemiddeld leuk spel in dit toch behoorlijk volle genre. Daarbij kostte het maar acht euro, een fractie van wat de meeste nieuwe spellen hier kosten.
Rumble Nation was het laatste spel op de beurs dat we speelden. Als Roger niet nog een tip over de app had gestuurd, was ik het misschien wel vergeten. Het bleek een verrassend snelle en tactische blokjesschuiver te zijn. Een soort El Grande met dobbelstenen, maar dan in een halfuur. Een verborgen pareltje, als je het mij vraagt.

Bij een Franse uitgever speelde ik nog Opale. Er was een tafel vrij, de rest speelde een tetrisversie van Keer op Keer met grafitti (don’t ask), je moet dus wat. De uitleg was in handen van een hysterisch onverstaanbare Fransman, maar omdat het spel niet zo ingewikkeld was ging het nog aardig. Het bleek een spel van Rüdiger Dorn, toch niet de eerste de beste. Lang niet slecht, maar het greep me niet genoeg om mee te nemen. Op Wendy na was de rest over het grafittispel matig te spreken. Misschien waren ze iets teveel afgeleid door het t-shirt van de uitlegger, waarin opgeroepen werd om katten te eten in plaats van dieren.

Hal 5 en 6: ik heb het gevoel dat ik in deze hallen wat te weinig geweest ben. In hal 5 zat een potje Yellow & Yangtze er helaas niet in, die heb ik daarom tegen al mijn principes in ongespeeld meegenomen. Bij dezelfde stand kon ik wel eindelijk eens Sagrada doen. Dat heeft veel positieve reacties gekregen en doet het ook goed in de top-100. Ik vond het een aardig puzzelspel, maar zou het nog eens moeten doen om er een goed beeld van te krijgen. Voor nu hoefde het niet mee.

In hal 6 liep ik nog tegen Rollecate aan, van een Nederlandse auteur. Het halve proefpotje trok me niet over de streep. Verder viel hal 6 vooral op door de stands met t-shirts en benodigdheden voor larpers. De grootste ontdekking was echter een hoekje met vrije tafeltjes, waar je een kop koffie of iets anders kon drinken. Dit innovatieve idee mag volgend jaar wel verder uitgerold worden.

Uiteindelijk ben ik natuurlijk weer met veel te veel spellen thuisgekomen. Behalve Yellow & Yangtze gingen ook Noch mal so gut! en Rune Stones (vrijwel) ongespeeld mee. In beide gevallen was het een beredeneerde gok dat ik ze thuis wel op tafel kon krijgen. Dat pakte goed uit, want ze zijn al meerdere keren gespeeld.

Ondanks mijn gemopper was het dit jaar weer een feest en verheug ik me alweer op volgend jaar. Toch wil ik graag afsluiten met een oproep aan de organisatie en de uitgevers: zorg voor meer, veel meer speelruimte. En dan nog wat extra. Niemand koopt er een spel minder om. En aan mijn medebezoekers: kunnen we volgend jaar de trolleys, kinderwagens en Deliveroorugtassen thuis laten? Voor de lezer: sorry dat het langer is geworden dan de bedoeling was. Ik had te weinig tijd.

Eén reactie

Laat een antwoord achter aan Michiel Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *