3-5 spelers
90 minuten
Auteur: Philippe Keyaerts
Uitgever:
Euro Games/Descartes
(2001)
Het spel …
De laatste dinosauriërs hebben zich op een eiland verzameld. Om de strijd tegen het klimaat, en andere dino-soorten te kunnen overleven is evolutie voor alle dieren een noodzaak. Wie weet zich het beste te handhaven, en zijn ras uit te breiden, voordat de fatale meteoorinslag alle dinosauriërs van de aardbodem veegt?
Het speelbord stelt een eiland voor met daarop vier verschillende soorten klimaatzones. De grootte van het eiland is afhankelijk van het aantal spelers, en daarmee het aantal dino-soorten die op het eiland vertoeven. Alle spelers beginnen met één dinosauriër. Ieder ras is dan nog gelijk. Het klimaat verandert echter voortdurend en daar moet middels genen op in gespeeld worden. Iedere ronde verschuift het klimaat met behulp van een dobbelsteen. Vervolgens mogen de dieren verplaatst worden. Iedere speler heeft een portretkaart van zijn dino. Daarop staan de genetische mogelijkheden van het dier. Heeft jouw dino één poot, dan mag er in deze fase slechts één stap verzet worden. Heb je drie poten, dan mogen er drie stappen verzet worden, naar eigen inzicht te verdelen over je verschillende dino’s. Na de bewegingsfase worden er nieuwe dino’s geboren. Het aantal eieren op je portretkaart bepaalt hoeveel baby’s je in deze ronde krijgt.
Daarna wordt er gekeken welke dino’s op het bord overleven, en welke sterven. Het huidige klimaat is altijd veilig, alle beesten die zich in die zones bevinden overleven deze ronde. Lastiger is het in koude of warme zones, die zich op het klimaatbord respectievelijk rechts en links van de huidige zone bevinden. Om in deze zones te overleven zijn specifieke genen nodig. In warme gebieden zijn parasollen vereist, in koude gebieden een bontje. Voor ieder dier in een koude zone is er een bontje nodig. Heb je meer dieren in een koude zone dan bontjes op je portretkaart, dan zullen de overige dieren doodgaan van de kou. Voor de warme zones en parasollen gaat het net zo. In extreem koude of warme gebieden kan geen enkel dier overleven, deze dino’s worden allemaal van het bord gehaald.
De extra genen zijn te verkrijgen via een veiling aan het eind van iedere ronde. Naast bontjes, poten en parasollen kunnen er nog andere genen liggen, zoals hoorns om mee te vechten, een gen voor een extra actiekaart, een langere staart, of meer eieren. Aan het eind van iedere ronde levert een dino op het bord één punt op, het kopen van genen kost punten. Als de meteoor inslaat is het spel direct afgelopen en wint de speler met de meeste punten.
… en de waardering
Evo is een spel waar thema en spelsysteem feilloos op elkaar aansluiten. Hierdoor is het ook voor kinderen, mede door de grappige plaatjes, een geschikt spel. Het is soms moeilijk kiezen tussen de verschillende genen. Poten zijn vrij snel nodig, maar een lange staart levert startpositie op, en dat heeft ook z’n voordelen. Zorg dat je nooit minder hoorns hebt dan je medespelers. Dan ben je een erg makkelijk slachtoffer voor expansiedriften, en kom je er nooit meer bovenop. Evo is een leuk spel dat snel te spelen is. Om het wat moeilijker te maken kan er tijdens de veiling één gen minder dan het aantal spelers worden neergelegd. Dan wordt het kiezen tussen het behouden van punten of een extra gen.
De maker van Evo is er heel goed in geslaagd om een origineel thema te combineren met een degelijk spelmechanisme. Deze combinatie maakt van Evo een erg leuk spel. Je moet goed nadenken op welke manier je je dinoras ontwikkeld en hoe je ze over het eiland laat trekken. Doordat het thema zo goed in het spel verwerkt is, gaan de spelers zich na een paar rondes vanzelf meer als hun dino’s gedragen, wat interessante gesprekken oplevert.