Na een nogal korte en onrustige nacht gingen Niek en ik voor de tweede dag naar de beurshal in Essen voor nog een dagje Spiel. We waren net na tien uur bij de Messe en konden dus op het grote parkeerterrein gaan staan (gelukkig niet weer de onbegrijpelijke parkeergarage). We pakten lekker de bus naar de ingang. Tot onze verbazing reed de bus niet naar de hoofdingang maar naar de zij-ingang. Dat zou meteen verklaren waarom het daar gisteren zo druk was. Bij de hoofdingang zijn ze bezig met werkzaamheden op de plaats waar normaal de bus stopt en dus wordt je naar een andere ingang gestuurd. Er stonden net als de dag ervoor flinke rijen, maar omdat we gisteren al twee extra kaartjes hadden gekocht konden we nu gewoon doorlopen. Binnen leek het gelukkig wel wat minder druk dan op donderdag.
We begonnen met wat winkelen in de tweedehandsstandjes. Eigenlijk koop ik er nooit wat, maar toch vind ik het leuk om er even een blik op te werpen. Ik hoopte nu om Oeps, mis! van Haba te vinden (Knapp daneben in het Duits). Dit spel heb ik dit jaar in een opruimingsuitverkoop op de kop getikt en was een doorslaand succes bij mijn collega’s. Eén collega in het bijzonder wil heel graag ook een exemplaar hebben, maar helaas is het spel nergens meer te krijgen. Helaas lag het ook niet bij de tweedehandsstandjes op Spiel, dus hiermee kon ik haar niet blij maken. Het is ook altijd grappig om te zien hoeveel geld er nog voor sommige tweedehands titels wordt gevraagd die tegelijkertijd op de beurs worden gedumpt. Je betaald dan voor een nieuw exemplaar minder dan voor een tweedehandsje. Die keus is natuurlijk snel gemaakt. Aan de andere kant liggen de tweedehands exemplaren er volgend jaar nog steeds voor ongeveer dezelfde prijs terwijl ze dan nieuw niet meer te krijgen zijn.
Vervolgens sloegen we nog wat nieuwe spellen in bij verschillende kraampjes en liepen we naar de Gipf-stand. Ik heb Tzaar een paar keer met Peter Hein gespeeld en vond het een leuk spel. Zelf hebben we dit spel niet en dus greep ik mijn kans om Niek dit spel ook een keer te laten doen. De regels wist ik ook niet meer, maar de auteur Kris Burm wist ze snel en duidelijk uit te leggen. Tzaar is, net als alle andere spellen in de Gipf-serie, een abstract spel. In Tzaar moet je proberen alle stukken van één van de drie soorten speelstukken van je tegenstander te slaan (of zorgen dat je tegenstander zelf in zijn beurt niet meer kan slaan). De regels zijn niet ingewikkeld en ben je binnen een paar zetten al lekker aan het spelen. Niek en ik hebben twee potjes gespeeld. Het was dat mijn budget al flink was uitgedund anders had ik het spel misschien wel meegenomen.
Vervolgens liepen we langs de kratjes met Agri-cola voor het goede doel. De cola zag er niet echt lekker uit, maar het idee is natuurlijk wel grappig. Vooral omdat toen ik mijn exemplaar van Agrícola (klemtoon an op de i) een paar maanden geleden bestelde bij een Nederlandse winkelier, deze toen bevestigde dat hij voor mij een exemplaar van Agricóla (klemtoon op de o) apart zou leggen.
Vervolgens wierpen we nog een blik op de Phalanx stand. Niek werd vooral aangetrokken door de het prototype van Battles of Napoleon. Wargames zijn niet zo mijn ding, maar Niek heeft een zwak(je) voor wargames waar Napoleon in voorkomen en dus moeten we altijd even kijken naar deze spellen. Dit prototype beviel hem zeker omdat dezelfde poppetjes die hij heeft gebruikt voor het nabouwen van de slag van Waterloo waren gebruikt als speelstukken in dit spel.
Vervolgens liepen we door naar de enige zaal waar we nog niet geweest waren (de grote zaal direct bij de hoofdingang). Maar net voor we daar naar binnen liepen zagen wij Drei Magier Spiele een leeg tafeltje met een driedimensionaal spel er op. Omdat Drei Magier een aantal leuke korte spelletjes heeft wilde ik dit spel graag proberen. Clickado, zoals het spel bleek te heten, is een soort omgekeerde mikado met magneetjes. Er hangt een klein magnetisch egeltje aan een rekstok en de spelers krijgen een stapel stokjes. De grootste stokjes hebben een magneetje in het midden en de middelste en korte stokjes zijn gewoon van hout. De spelers moeten proberen om al hun stokjes kwijt te raken. De magnetische stokjes zijn natuurlijk lekker makkelijk, maar het venijn zit hem in de houten stokjes. Ik vond het spel uiteindelijk een beetje tegenvallen. Het idee van het spel was duidelijk leuker dan de uitvoering. Er vielen te vaak stokjes af en dat gaat snel vervelen. Maar als het dan lukt om een aantal stokjes op te hangen, ziet het er wel geweldig leuk uit.
Vervolgens liepen we door naar de grote zaal. We zagen een leeg plekje bij Ticket to Ride met de nieuwe dobbeluitbreiding. Omdat de prijs voor deze uitbreiding nogal hoog is in vergelijking met het spelmateriaal dat je krijgt, was dit nou echt iets wat ik echt eerst wil proberen. In de dobbelvariant worden de treinkaartjes vervangen door de dobbelstenen. Je krijgt vijf dobbelstenen die je moet gooien om te bepalen wat je mogelijkheden zijn. Je mag vervolgens zo veel dobbelstenen als je wilt opnieuw gooien om het resultaat gunstig te beïnvloeden. Op de dobbelstenen staan symbolen voor enkele sporen, dubbele sporen, jokers en bestemmingskaarten. Om op een dubbelspoor te bouwen moet je net zo veel dobbelstenen afleggen als het betreffende spoor lang is. Idem dito voor enkel spoor. En als je tickets bij wilt trekken dan mag je zoveel kaarten pakken als je bestemmingskaartsymbolen hebt gegooid. Per twee dobbelstenen die je niet gebruikt mag je vervolgens een fiche pakken dat je later in kan zetten als enkel spoor of dubbelspoor. Zonder deze fiches kan je ook nooit een route van meer dan vijf claimen (want je hebt maar vijf dobbelstenen). Het meest opvallende aan deze uitbreiding is dat het spel ineens veel sneller gespeeld wordt. Iedere beurt wordt er gebouwd en de administratieve handelingen die betrekking hebben op de treinkaartjes hoef je niet meer uit te voeren. De speelduur halveert hier ongeveer door. Ik vond het best aardig om te doen, maar was na één keer niet overtuigd genoeg om de beursprijs van 15 Euro neer te leggen voor deze kleine uitbreiding.
Na nog een rondje te hebben gelopen en nog wat te hebben geshopt (I love spellenshoppen) kwamen we aan bij de stand van Amigo waar we een leeg tafeltje zagen met Herr der Ziegen er op. In dit spel spelen dezelfde bokken de hoofdrol als in Bokken Schieten. De bokken hebben alleen inmiddels een vak geleerd (van Elvis imitator tot monnik). De kaartjes zijn erg grappig en dat prikkelt de nieuwsgierigheid natuurlijk wel. In het spel loop je met je grote bok rondjes om de kaartjes die in een raster op de tafel liggen. Iedere beurt speel je een kaart met een plaatje en een nummer. Het nummer bepaald hoeveel stappen je grote bok moet zetten en het plaatje leg je voor je op tafel. Vervolgens pak je uit de rij waar je grote bok voorstaat één kaart op (het gat wordt weer opgevuld). Je kijkt daarna of er voor je op tafel rijtjes van dezelfde soort bokken zijn die een waarde van 8 of meer vertegenwoordigen. Als dit zo is mag je de resterende bokken van deze soort claimen (je zet er een klein bokje op). Aan het eind van het spel leveren de kaarten waar een klein bokje op staat punten op. Wij vonden Herr der Ziegen beide een grappig spelletje. Het speelt lekker vlot weg, maar er zijn genoeg manieren om elkaar dwars te zitten om het leuk te houden.
Ik begon inmiddels al wel een beetje moe te worden en dus besloten we nog één spelletje te gaan doen en daarna huiswaarts te keren. Bij Zoch zagen we een leeg tafeltje met een speelbord met een grappig poppetje er op en dus schoven we aan. Er bleek nog een andere tafel te zijn waar ook mensen zaten te wachten om dit spel uitgelegd te krijgen en dus stelde de uitlegger voor om deze twee tafels samen te voegen zodat hij in één klap het spel uit kon leggen. Wij vonden dit prima en het Duitse gezin ook. Het spel heet Professor Punschge en het bleek een soort deductiespel te zijn. De professor loopt over een paadje naar zijn huis via stapstenen. Eén speler neemt de rol van de professor op zich. Deze speler kiest een kaartje waarop staat op welke stenen de professor gaat staan (alle stenen behalve die in het bos). Hij legt vervolgens fiches neer op de stenen waarop de professor gaat staan en de andere spelers moeten zien te ontdekken via welke stenen de professor naar huis gaat. Dit is lastiger dan het klinkt omdat er heel veel variatie is op het bord (vorm, kleur, achtergrond, plaatjes, aantallen plaatjes, plaats op het bord) en er dus ontzettend veel manieren zijn waarop de professor kan lopen. Ik houd niet zo van dit soort spellen en was blij toen we de opdracht hadden opgelost. Het Duitse gezin vond het wel helemaal leuk en ik kon me dit ook wel voorstellen. Het is dus echt een spel dat je eerst moet proberen. Sommige mensen zullen het ontzettend leuk vinden, anderen juist helemaal niet.
We besloten terug te lopen naar de auto omdat we geen zin hadden om helemaal naar de zij-ingang te lopen waar de bussen naar de parkeerplaats stoppen. Na een klein kwartiertje stonden we bij de auto. Met enig passen en meten kregen we onze nieuwe aankopen in de achterbak bij de rest van de bagage en keerden we huiswaarts.
De oogst van dit jaar is geworden: Pandemie, Suleika, M, Die hängende Garten, Ghost Stories, Siedler von Catan Deutschland Edition, der Hexer von Salem, Auf der Reeperbahn, Flussfieber, Agricola X-deck, Die 3 Geboten, Space Alert en de Funkenschlag uitbreiding China/Korea. Op dit lijstje staan toch een flink aantal spellen die ik op mijn Spellenradar had staan (zie het blogje hierover). De meest opvallende ontbrekende is Zug um Zug Nordic Countries. Dit spel is echter wel mee naar huis gegaan, maar dan in de tas van Niek en het zou zo maar kunnen dat ik deze over twee weken voor mijn verjaardag ga krijgen.