2 spelers
30-45 minuten
Auteur: Marcel-André Casasola Merkle
Uitgever:
Ravensburger
(2003)
Het spel …
Samen met Crazy Chicken werd Bakerstreet als eerste spel uitgebracht in een nieuwe tweepersoonsserie van Ravensburger: Fun for two. Bakerstreet is een spel voor 12 jaar en ouder en het is dan ook een veel tactischer spel dan Crazy Chicken. Leuk detail is dat de auteur niet alleen het spel bedacht heeft maar ook de illustraties en het grafische werk van het spel voor zijn rekening heeft genomen.
Het spel speelt zich af in Londen en heeft de sfeer van Jack the Ripper en Sherlock Holmes om zich heen hangen. Beide spelers zijn een detective die de stad af speuren naar bewijsmateriaal. Voor welk misdrijf blijft onduidelijk. Waar je in andere speurspellen zoals Cluedo of Scotland Yard (zouden alle speurspellen zich in Londen afspelen?) concreet op zoek bent naar een antwoord op een vraag, blijft de opdracht hier abstracter. Er zijn bewijskaarten met de letters A tot en met de letter T. Van iedere soort komen er twee in het spel voor. De bewijskaarten worden geschud en in 5 stapels op tafel gelegd. Iedere detective heeft een aantal detectivekaarten. Op deze kaarten staat een getal en soms een symbool. Iedere beurt moet een speler een detectivekaart aan één van de bewijsstapels leggen. Deze kaarten liggen open en worden zo over elkaar gelegd dat de vorige kaarten nog zichtbaar zijn. Daarna vult de speler zijn hand weer aan tot 3 en moet gegokt worden hoeveel punten beiden detectives in totaal in hun hand hebben. Dit gedeelte van het spel lijkt een beetje op ezelen. Als de andere speler het bod geloofwaardig vindt speelt hij verder en moet aan het eind van zijn beurt een hoger bod doen.
Dit gaat net zolang door tot een speler het bod betwist. Dan worden alle zes handkaarten open gelegd. Heeft de bieder gelijk en is het totaal aan punten gelijk of hoger dan het gebodene dan mag deze speler bepalen welke van de vijf stapels geteld wordt. Heeft de betwister gelijk dan mag deze kiezen. Zijn beurt is in ieder geval voorbij. Als je een bod betwist mag je zelf geen kaart meer aanleggen. Bij het tellen van de detectivekaarten worden de symbolen daarop belangrijk. Staat er op een kaart een x 2 teken dan worden alle kaarten van die speler dubbel geteld. Een handje betekent een stopkaart. Alle kaarten die onder zo’n kaart liggen blijven liggen tot een volgende telling en tellen nu niet mee. Een pijl naar links betekent dat de volgende stapel ook geteld wordt. Je kunt de kaarten dus heel tactisch neerleggen zodat als je een biedronde wint je meerdere stapels achter elkaar mag pakken. Want de speler die de meeste punten bij een stapel heeft liggen mag uit de stapel een bewijskaart zoeken. Hierna is de speler wiens bod betwist werd weer aan de beurt. Het einddoel van beide detectives is het vinden van 7 bewijsstukken op rij.
… en de waardering
Marcel-André Casasola Merkle heeft een leuke combinatie gemaakt van een blufspelletje en een tactisch spel. Vooral door de symbolen op de detectivekaarten kun je veel invloed uitoefenen op het spelverloop. Als je tegenstander bij veel stapels op voorsprong staat leg je gewoon een stopkaart neer en tellen alle kaarten daaronder niet meer mee. Of je legt een pijl voor een stapel waar jij de meeste punten hebt liggen en hoop je dat de tegenstander die kiest. Het is ook handig om te onthouden welke kaarten in welke stapel zitten. Je weet welke letters je nog zoekt. Als je weet waar die liggen scheelt dat weer investeringen in verkeerde stapels. Je kunt ook spelvariaties aanbrengen door de opdracht te veranderen in bijvoorbeeld vorm een woord van minstens 5 letters. En zo zijn er vast nog wat varianten te verzinnen. Een spel met vele gezichten en daarmee denk ik ook vele liefhebbers.