2-4 spelers
30 minuten
Auteur: Rüdiger Dorn
Uitgever:
AbacusSpiele
(2002)
Het spel …
Emerald is een pasgeboren babydraak die door zijn moeder diep in de spelonken van een grot verstopt is. In de jaren daarvoor heeft mamadraak ook al haar andere kostbaarheden in deze grot verstopt, waardoor er een schat is ontstaan, die niet door één ridder mee te nemen is. De timing van de ridders is echter belabberd. Emerald is nog niet eens uit zijn ei gekropen of de ridders proberen het domein van de draak binnen te dringen. En als er één moment is dat een draak niet lastig gevallen wil worden in haar leven…… Jullie begrijpen: Mama is BOOS!!
Afhankelijk van het aantal spelers begint iedereen met 4,5 of 8 ridders in het kasteel. Iedereen begint in zijn eigen kanteel. Zoals bij meer spellen tegenwoordig komt ook hier geen dobbelsteen aan het verzetten van de pionnen te pas. Het aantal ridders op een veld bepaald het aantal stappen dat gezet mag worden. Als de spelers dus 4 ridders hebben, dan mag iedereen zijn eerste ridder vier stappen zetten (ze beginnen zich namelijk in hun eigen kanteel en hebben daardoor 4 ridders in een veld staan). Tussen het kasteel en de ingang van de grot bevinden zich 6 loopvelden. Daarna gaat het de donkere gangen in. In deze gangen liggen al goudstukken en edelstenen verspreid. Ook bij draken zijn beginnende moeders hun orde en netheid even kwijt. Bij iedere loopveld liggen aan weerszijden goudkaarten en edelsteenkaarten. De goudkaarten variëren in waarde, edelsteenkaarten zijn altijd maar één punt waard. Als je ridder op zo’n veld eindigt mag je kiezen of je goud of edelstenen pakt (zolang de voorraad strekt). Iedere beurt mag je twee ridders verplaatsen, mits de eerste geen kaart heeft gekregen.
Dit graaiwerk kan natuurlijk niet onopgemerkt blijven. Moederdraak struint in de grotten om haar schatten en kind te beschermen. In het begin van het spel waakt ze vlak bij de opening van de grot. Naarmate er meer ridders in de grotten komen gaat ook zij dieper de grot in. Haar reikwijdte wordt aangegeven met behulp van een stokje, dat vier loopvelden lang is. Iedere keer als er een ridder zich in grotten naar voren beweegt, schuift dit stokje een veld verder. Totdat het voor de schatkamer ligt en daar eindigt. Als iemand een ridder in de grot verplaatst heeft bepaald een dobbelsteenworp hoeveel stappen de draak (binnen haar bewegingsgebied) mag zetten. Eindigt ze op een veld met ridders, dan wordt daar één van opgegeten. Dit kan afgekocht worden door een goudkaart te betalen. Voor edelstenen is ze niet gevoelig. Zo marcheren de ridders toch richting de schatkamer. Het spel is afgelopen als vijf ridders de schatkamer bereikt hebben of als een speler nog maar één ridder over heeft. De goudkaarten leveren punten op, de edelsteenkaarten een punt, de schatkamerkaarten 5 punten en er zijn bonuskaarten te verdienen van 4 punten voor de speler die als eerste 4 verschillende kleuren edelstenen heeft en wie aan het eind een meerderheid heeft in een bepaalde kleur edelstenen.
… en de waardering
Het spelsysteem van Emerald doet gedateerd aan. Er wordt dan wel geen dobbelsteen gebruikt voor het verplaatsen van de pionnen, maar het lopen via een vaste route en ‘’wie (met een flinke portie geluk) het eerst aankomt op de plaats van bestemming krijgt veel punten’’ doet toch een beetje aan mens erger je niet denken. Daarom ben ik verbaasd over de leeftijdsgrens van 10+ die op de doos staat aangegeven. De regels zijn tamelijk eenvoudig en de geluksfactor zo hoog dat het uitermate geschikt is als familiespel. Als je de leeftijdsgrens op 7+ zet en de doelgroep gezinnen voor ogen hebt kan er best veel plezier aan beleefd worden