2009 begon goed: in januari speelde ik 91 potjes, verspreid over 32 spellen. Bijna de helft daarvan was nieuw. Ik ben vooralsnog goed bezig met mijn goede voornemen om al mijn ongespeelde spellen eens op tafel te krijgen: van de 15 die ik op 1 januari had, zijn er nog maar 6 ongespeeld (en er zijn al weer 2 nieuwe spellen bijgekomen).
Alle spellen die ik vaker dan 1 keer speelde:
15x Dominion
13x Tai Pan
10x Sorry! Schuivers
9x Race for the Galaxy
8x Stef Stuntpiloot
3x Poison, Abracadabra
2x Cthulhu Rising, Diamonds Club, Klein Donderheksje, Memoir ’44 en Auf der Reeperbahn nachts um halb Zwei
Mijn beste nieuwe spel was Memoir ’44. BattleLore kon ik al erg waarderen, maar ook van deze Command & Colors-variant ben ik erg gecharmeerd. Voor mij hoeven de gedetailleerde en langdradige oorlogssimulaties niet zo, maar voor vlotte en tactische wargames ben ik wel te porren. Als ik Helen ook aan dit soort spellen zou kunnen krijgen, had ik Memoir zo aangeschaft. Maar BattleLore heeft al genoeg gezelschap om samen stof te verzamelen.
Andere voor mij nieuwe spellen:
Abracadabra: Een verrassend leuk concentratie- annex racespel. Ik ben niet zo van de Set-achtigen, maar deze vond ik erg leuk. Dit is tenminste een spel.
Auf der Reeperbahn nachts um halb Zwei: Een leuk touwtrekspel van Knizia. De regels zijn de eerste keer overdonderend complex voor zo’n simpel spelletje, maar na een potje heb je het wel door. Doet erg denken aan zijn Duel, maar is net een paar graadjes subtieler. Dit wil ik vaker spelen.
Cthulhu Rising: Afgaande op de beschrijvingen leek ik met dit spel een miskoop gedaan te hebben op Spiel, maar niets bleek minder waar. Hoe het leggen van genummerde fiches in een matrix, voorzien van een bizar slecht passend thema, toch nog een intrigerend spelletje op kan leveren. Een snack à la Flowerpower, maar een leuke snack. Jammer van dat thema, daar gaat het spel alleen maar last van krijgen (zowel bij liefhebbers als haters van inktvisachtige Grote Ouden).
Day & Night: Nog een touwtrekspelletje voor twee, maar nu wat minder interessant. Ik zou dit best nog eens willen spelen, maar voor mijn gevoel kabbelt het wat voort totdat een van beide spelers wint. Het zal er wel niet van komen: Dagmar hoeft het niet meer te doen en ik vond het niet leuk genoeg om het Helen te willen leren.
Diamonds Club: Ha, weer een leuk stevig familiespel van Dorn. Leuk voor families met een beetje ervaring en voor verwende veelspelers, die hier wel elementen van andere spellen in kunnen ontdekken. Het hart van het spel wordt gevormd door een zeer intelligente variant op het plaatsen van arbeiders. Jammer genoeg niet in het Nederlands. Misschien een beetje vreemd, want afgezien van de regels en spelsamenvattingen komt er geen greintje tekst in voor.
Dier op Dier – Het Duel: Meh. Ik doe liever gewoon Dier op Dier, ook met twee. Maar het basisspel aanvullen met twee sets hiervan, zoals Dagmar deed, is een goed idee.
Flussfieber: Net als Abracadabra een racespel met een wat minder alledaags vervoersmiddel. Was best OK, maar een beetje rechtlijnig. Dan doe ik nog steeds liever Top Race.
Hexer von Salem: Een van de vele samenwerkingsspellen die het afgelopen jaar zijn verschenen. Moet heel moeilijk zijn, maar in ons potje van drie hadden we geen problemen met Necron. Had waarschijnlijk veel te maken met een tikje geluk (vier gesloten poorten, ahem) en de ervaring van Dagmar. Thema en vormgeving zijn wel erg on-Duits. Bij Pegasus, OK, maar Kosmos? Dapper. Oh ja, vond het erg de moeite waard.
Lungarno: Een legspel dat de indruk wekt de geluksfactor van Carcassonne bij het trekken van tegeltjes te willen verminderen. Ik vond het maar zo-zo. Moet het nog maar eens spelen, maar ik zie dit geen blijver worden.
Palais Royal: Een hele fatsoenlijke doorsnee-euro. Mannetjes inzetten, ze verplaatsen op het (variabele) bord om aan grondstoffen te komen, deze inzetten om puntenfiches te kopen en voilà. Waar hebben we dat meer gezien? Desondanks leuk genoeg om nog een paar keer te spelen.
Poison: Weer eens een leuk vlot kaartspelletje van de Doktor. Wat minder chaotisch dan Take 5!, maar met zeker zo’n grote rol voor Dame Geluk. Maar heeft toch die X-factor dat je het nog een rondje wilt doen.
Qwirkle: Het onwettige kind van Scrabble en Genius. Ben niet zo’n woordspelfan, maar Genius vind ik erg leuk. De eerste keer Qwirkle beviel helemaal niet slecht. Het lijkt me wel wat lang duren voor een in de grond vrij simpel spel. Toekomstige potjes moeten uitwijzen of dit klopt.
Shogun: Ik heb Wallenstein al eens gedaan, dus strikt genomen telt het niet als nieuw spel. Op de andere kaart en het bieden op de speelvolgorde na zijn het dezelfde spellen. Het was (vooral door de moeizame uitleg) wel een erg lang spel, maar ik heb me eigenlijk de hele tijd wel vermaakt. Het scheelt dat vrijwel de meeste denktijd simultaan is. Als ik de laatste beurt niet zo stom was geweest belasting te heffen in een opstandige provincie met slechts één leger had ik misschien nog kans op de overwinning gehad ook. Nou ja, herkansing maar.
Sorry! Schuivers: Pretentieloos. Melig. Schuiven en schieten. Als je nu nog niet afhaakt, is dit een spel voor jou.