2-6 spelers
60 minuten
Auteur: Bobby Hill
Uitgever: Garphill Games (2021)
Het spel…
Yahtzee-achtige spelletjes zijn sinds Regenwormen al niet meer weg te denken, maar sinds een paar jaar woekeren roll-&-write-spellen als een Japanse duizendknoop door spellenland. Vrijwel allemaal hebben ze een korte speelduur, simpele regels en een stevige factor toeval als belangrijke ingrediënten. Hadrian’s Wall heeft dat allemaal niet.
Het eerste wat opvalt aan het spel is het forse gewicht van de middelgrote doos. Bij openen blijkt waar dat gewicht in zit: twee dikke pakken met elk 180 vellen, met op elk vel tientallen aan te kruisen vakjes. Elke speler ontvangt van beide pakken een vel en een setje met twaalf kaarten.
Doel van het spel is om de grondstoffen en poppetjes die je elk jaar krijgt zo efficiënt mogelijk in te zetten. Er zijn vier soorten poppetjes: soldaten beschermen de muur, bouwers maken hem, de, ehm, tot arbeidergemaakten zorgen voor de grondstoffen en de burgers bekwamen zich in de schone kunsten, diplomatie, intriges en zo meer.
Aan het begin van een jaar neemt ieder twee kaarten van de persoonlijke stapel en kiest daarvan eentje voor de bonuspunten aan het einde en de andere voor extra grondstoffen en/of poppetjes. Een kaart van de algemene stapel geeft aan welke grondstoffen en mannetjes iedereen krijgt. Vervolgens gaat iedereen tegelijk aan de slag. Je hoeft niet op elkaar te wachten en zet je mannetjes en blokjes in waar je wilt, krijgt daarvoor weer andere mannetjes terug die je ook weer inzet, totdat niemand meer iets heeft om in te zetten.
Als iedereen klaar is eindigt het jaar en vallen de Picten binnen. Je dacht toch niet dat die muur er alleen was om er eeuwen later langs te kunnen wandelen? Afhankelijk van hoe goed jij jouw deel van de muur hebt beschermd is roem of minachting je deel. Na zes jaren volgt de puntentelling en wint de speler met de meeste punten. Ave Casear!
…en de waardering
Als het Bobby Hill erom te doen was om een complex afvinkspel te maken dan is hij daar glansrijk in geslaagd. Wat een monster van een spel is dit. Sowieso ben je even bezig met de uitleg van alle categorieën op het bord, wat het kost om iets aan te vinken, wat het oplevert, wat de voorwaarden zijn enzovoort. Vervolgens heb je in je eerste paar potjes eigenlijk geen idee wat nu handig is om te doen, het aantal keuzemogelijkheden is bijna niet te bevatten.
Behalve complex is Hadrian’s Wall ook erg solitair. Op een paar kleine uitzonderingen na ben je alleen met je eigen velletjes bezig. Je bent dus vooral tegen jezelf aan het spelen: kan het efficiënter dan de vorige keer? Dat je niet op elkaar hoeft te wachten komt de snelheid ten goede, maar zorgt er ook voor dat je nog minder het gevoel hebt samen een spel te doen.
Als complexe optimalisatiepuzzel is Hadrian’s Wall erg bevredigend, maar als spel schiet het voor mij wat te kort.