Vinci

Geplaatst door

2-6 spelers
90-120 minuten
Auteur: Philippe Keyaerts
Uitgever: Descartes (1999)

Wat geef jij dit spel?
[Aantal: 0 Gemiddelde: 0]

Het spel …

Vinci is een spel dat ik al jaren in de kast heb staan, diverse malen gespeeld, maar nog nooit gerecenseerd. Maar sinds een tijdje is Small World uit, en omdat dat de opvolger is van Vinci, werd het toch tijd voor die recensie.

Vinci is een veroverings- annex beschavingsspel op de kaart van Europa. De spelers starten ieder met een eigen beschaving, en veroveren daar delen van Europa mee. Beschavingen bestaan uit twee fiches, die blind uit een zak getrokken worden. Omdat er 26 verschillende fiches zijn, zijn er veel verschillende combinaties mogelijk. De beschavingsfiches hebben verschillende eigenschappen: extra legers, extra punten of speciale eigenschappen.

Bij het veroveren komt geen geluk kijken. De regels schrijven voor hoeveel legers je voor een gebied nodig hebt. Heb je genoeg legers, dan leg je ze gewoon in het gebied. Van de verdedigende legers wordt er een geëlimineerd, de rest mag de verdediger later weer elders inzetten.

Als je klaar bent met veroveren mag je je legers naar keuze verplaatsen tussen je gebieden en krijg je punten. In principe een punt per gebied, plus eventuele bonussen van je fiches.

Omdat je op ieder gebied een leger moet achterlaten, heb je steeds minder legers over om meer gebieden te veroveren: je beschaving dunt zich uit. Dan is het moment gekomen om de neergang van je beschaving in te zetten. Deze blijft nog wel op het bord, maar doet verder niets meer. De fiches gaan terug in de zak, en een eventueel overschot aan legers gaat van het bord.

Laat je een beschaving ondergaan, dan doe je een beurt niets (behalve punten scoren) en kies je een nieuwe beschaving, die je de volgende beurt inzet. Je oude en je nieuwe beschaving mogen daarbij niet aan elkaar grenzen.

Zo komen en gaan de verschillende beschavingen in Europa. Het spel eindigt als een speler over een bepaalde puntengrens gaat. De ronde wordt uitgespeeld, en de speler die dan de meeste punten heeft, wint.

… en de waardering

Vinci werd ooit wel ontvangen als een korte versie van Civilization, maar met dat klassieke spel heeft het weinig te maken. Het is eerder Risk zonder geluk, want in Vinci gaat het vooral om de territoriale controle. De variatie is alleen wel veel groter dankzij de verschillende beschavingen. Daarin zit het grootste plezier van Vinci. Iedere beschaving heeft zijn eigen sterke en zwakke punten, die je goed tegen elkaar moet afwegen. Een andere belangrijke beslissing is wanneer je de ondergang inzet. Niet te vroeg, maar zeker niet te laat.

Vinci is een verrassend eenvoudig spel dat vlot wegspeelt, maar je wel voor interessante keuzes stelt. Er wordt wel eens geklaagd over het ‘pak-de-leider’-syndroom, maar daar heb ik in al mijn potjes weinig van gemerkt. Ik zou het eerder toejuichen dat een vroege voorsprong geen garantie is voor de overwinning; dan zou het spel al snel iedere spanning kwijtraken.

Eigenlijk is het een van de leukste veroveringsspellen die ik ken, maar zonder al dat chroom dat je vaak ziet in het genre. Ook na tien jaar kan Vinci nog prima meekomen met modernere spellen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *