2-4 spelers
20 – 45 minuten
Auteur: Reiner Knizia
Uitgever: Kosmos (2023)
Het spel…
Reiner Knizia heeft tegen ons gelogen. In ons interview met hem uit 2021 gaf hij aan dat hij dacht dat hij na My City nooit meer een ander legacy-spel zou uitbrengen. De ideeën die hij had, had hij gebruikt en daarmee was de kous af. Maar hij had duidelijk buiten zijn eigen vermogen om te variëren met bestaande ideeën gerekend. Want in 2023 lag er tot mijn grote vreugde een nieuw legacy-spel van zijn hand in de schappen: My Island. En inderdaad, dit spel is een variatie op het populaire My City. En dat is goed nieuws, want we weten van onze favoriete doctor dat het vaak niet bij één variant blijft als hij eenmaal de smaak te pakken heeft.
Maar laten we, voordat ik al te enthousiast wordt, terugkeren naar My Island. My Island is een legacy-spel dat je in 24 potjes uitspeelt. Alle spelers krijgen aan het begin van het spel een bordje met daarop een leeg eiland dat ze keer op keer op keer gaan bebouwen met huizen, graanvelden, muren en paden. De 24 potjes zijn verdeeld over acht hoofdstukken waarin je telkens drie potjes speelt. Elk hoofdstuk introduceert een grote verandering in hoe het spel gaat. De drie potjes binnen het hoofdstuk variëren dan weer een beetje op het thema.
In alle potjes ga je dus bouwen. Dit doe je met tegels van twee tot vier aan elkaar verbonden zeshoekige vakjes. Elke ronde wordt er een kaart omgedraaid en die kaart geeft aan welke tegel je op dat moment moet aanleggen. Je moet altijd aan de rand van het eiland beginnen. Daarna moet je er bij het neerleggen van een tegel voor zorgen dat ten minste één vakje naast een vakje van dezelfde soort komt te liggen. Het maakt niet uit als de andere vakjes niet passend zijn gelegd.
Het nadeel van een legacy-spel beschrijven is dat ik heel weinig kan vertellen omdat ik geen verrassingen wil verklappen. In het eerste potje kom je aan op het eiland. Het doel is daarom aan de rand van het eiland (op het strand) zo veel mogelijk huisjes te bouwen en zo min mogelijk lege plekken over te houden. Je mag nog niet op het hele eiland bouwen, maar alleen op de buitenste twee terreinsoorten (strand en heide). Dit potje speel je in no time weg omdat het zo simpel is. Maar gedurende de campagne komen er nieuwe regels en dingetjes bij en daardoor worden de potjes complexer en duren ze ook langer. Voor de laatste potjes mag je wel drie kwartier uittrekken.
Het legacy-spel kan je maar één of twee keer spelen. En ja, dat lees je goed. Als je het spel met zijn tweeën doet, dan kan je het spel nog een tweede keer doen. In de laatste envelop tref je namelijk stickers aan waardoor je het spel kan resetten zodat je het met de twee ongebruikte bordjes nog een keer kan spelen. En als je dan nog vaker het eiland wil bebouwen, dan kan je terecht op de achterkant van het bordje. Daar staat namelijk de zogenaamde eeuwigdurende variant die je keer op keer kan blijven spelen. Ik raad wel aan om hier pas naar te kijken nadat je de legacy-campagne hebt uitgespeeld omdat in de eeuwigdurende variant elementen uit de campagne voorkomen.
…en de waardering
Ik heb My Island met ontzettend veel plezier gespeeld. Het spel doet erg denken aan My City, maar is wel net een tandje complexer. De eerste potjes zijn heel licht en luchtig en die speel je dus lekker vlot weg. Maar ook tijdens deze potjes ben je al echt lekker aan het puzzelen en plannen hoe je je eiland vol gaat bouwen. Ieder potje heb je andere doelen en daardoor moet je je speelstijl telkens aanpassen en dat houdt het spel fris. In de loop van het spel worden de potjes complexer en moet je steeds een stapje harder denken om je doelen te halen. De laatste potjes waren echt flink uitdagend. Ik vind het echt heel knap gedaan hoe met minimale middelen (wat stickers en dingen die ik niet kan noemen) je een gevarieerde campagne voor je neus geschoteld krijgt.
Ik vond My Island dus geweldig verslavend om te spelen. We hebben de campagne dan ook in een maand uitgespeeld. Maar ik heb ook een paar kleine kritiekpuntjes. Zo vond ik de regels niet altijd even duidelijk en moest ik dus meerdere keren op Boardgamegeek op zoek naar extra uitleg. Verder komt er ergens in de campagne iets naar voren waar geluk bepaalt hoe veel punten je voor een bepaalde prestatie krijgt (sorry, legacy, dus ik houd het heel vaag). Dat vond ik jammer. Dit element komt gelukkig maar in een beperkt aantal potjes voor. Maar in deze potjes was het wel echt een domper op de feestvreugde (inderdaad: vrouwe Fortuna was mij niet goed gezind dus ik laat me nu ook een beetje kennen als slechte verliezer). Gelukkig wordt je echter in het overgrote deel van de campagne beloond voor je prestaties. En dan is het genieten geblazen.