Spiel 2022: donderdag (Peter Hein)

Geplaatst door

Spiel viel vroeg dit jaar, wat voor mij een voor- en nadeel ineen was. Het nadeel was dat het precies samenviel met een Scoutingweekend van mijn dochter, waardoor ze niet mee kon. Dat had voor mij als voordeel dat ik al op donderdag kon gaan en er zo meer tijd kon doorbrengen, op rustiger dagen bovendien.

Vorig jaar was de drukte me op zaterdag erg tegengevallen. Donderdag is altijd de rustigste dag en dat leek nu ook het geval. Het had wat mij betreft nog rustiger gemogen, maar dat is een beetje als in de file staan en op de andere mensen mopperen waarom ze uitgerekend nu met de auto op pad moeten.

Mijn voorbereiding bestond dit jaar uit niet meer dan een groslijst van bijna 80 spellen die me ‘wel interessant’ leken. Een echt een plan had ik niet, dus toen we in hal 1 binnenkwamen schoven we bij de eerste de beste tafel aan waar een fatsoenlijk ogend spel lag. Dat was Heat, van de auteurs van Flamme Rouge, een leuk racespel.

Een van de potentiële teleurstellingen van Spiel zijn de slecht voorbereide uitleggers. Op de eerste dag is dat risico nog groter. Zeker de grote uitgevers hebben er een handje van om de uitleggers op pad te sturen met alleen een korte briefing over de regels. Hoe dan ook, de uitleg bij Heat in de stand van Days of Wonder was dramatisch slecht. In dit racespel kies je je versnelling, die bepaalt hoeveel kaarten je speelt. Die hebben waardes van 0 tot 5, plus nog wat speciale kaarten. In de bochten mag je snelheid niet te hoog zijn. Als je te hard gaat, krijg je heatkaarten, die je niet mag spelen en dus je hand vervuilen. Hoe meer je de snelheid overschrijdt, des te meer je er krijgt. Tenminste, volgens de regels. In ons potje was de straf beperkt tot één heatkaart, die je ook gewoon af mocht leggen. Er was dus geen enkele reden om in te houden in de bochten. Dat maakte het spel tot een saai geluksspel. Ik had al het idee dat het niet helemaal goed ging, maar het spel sprak ons niet genoeg aan om het nog eens met de juiste regels te spelen.

Aan de overkant was er een tafeltje vrij bij Paralitis, een Harry Potterspel. Wendy en Jurre, met wie ik al een aantal jaren Spiel bezoek, zijn echte Potterheads dus dat was snel beklonken. Er zijn minstens vier spelers nodig, gelukkig schoof er vrijwel direct iemand aan en konden we beginnen. Paralitis is Cash ‘n’ Guns met een ander thema. Een van de spelers is het lievelingetje van de leraar en roept iets als ‘Toverspreuken klaar? Toveren maar!’, waarop iedereen de toverstaf naar een andere speler wijst. Je hebt drie toverspreuken tot je beschikking en vijf blufkaarten. Word je geraakt door andermans toverspreuk, dan lig je er deze ronde uit en krijg je als straf een fiche. Vrees je dat je het doelwit zult zijn dan mag je je terugtrekken. Je ligt er dan ook uit, maar krijgt in ieder geval geen fiche (die heb je liever niet want ze leveren strafpunten op). Wijst niemand naar jou, of blijkt het allemaal bluf te zijn dan overleef je de ronde. Alle spelers die de ronde overleven verdelen de puntenkaarten van deze ronde. Wie na acht ronden de meeste punten heeft wint het spel. Alledrie vonden we Paralitis een geslaagd familiespel, dat we graag nog eens zouden spelen.

Een van de spellen waar erg veel mensen naar uitkeken was Splendor Duel. Ook dat was in de buurt, en toevallig deden Anton en Dagmar daar net een potje. Ze waren erg enthousiast, dus toen er een tafel vrijkwam grepen we onze kans. Als je Splendor een leuk spel vindt is deze tweepersoonsversie automatisch ook een succes. De spellen lijken erg op elkaar. Het nemen van de tegels is wat anders ingericht, er zijn nu drie manieren om te winnen en sommige kaarten leveren een voordeeltje als je ze pakt, maar in de basis dit hetzelfde spel. Tegels pakken of kaarten kopen, die dan weer korting geven voor een latere aanschaf. Ik vind Splendor zelf erg leuk, maar ben helaas de enige in huis. Ook deze versie beviel me goed, maar ik weet dat een aanschaf volstrekt zinloos is. Ik hoefde me dus niet gefrustreerd te voelen door de slechte beschikbaarheid tijdens de beurs.

Na de spellen in hal 1 was het een goed moment om wat over de beurs te zwerven. Gewoon wat rondlopen, de verschillende stands van de uitgevers bekijken en spieden of je bij de verkopers of er een scherp geprijsd spel ligt. Na wat omzwervingen kwamen we uit bij Korea Board Games in hal 4, waar veel tafels beschikbaar waren. Veel daarvan waren de Koreaanse versies van de klassiekers Shark en Vorsten van Florence, maar ze hadden ook drie nieuwe spellen van eigen makelij.

We begonnen met Expediton. De uitlegger vroeg of we El Dorado kenden, en niet voor niets. Dit spel lijkt daar erg op. Het is een deckbuilder waarbij je je een weg baant door de jungle, op zoek naar legendarische schatten. Wie er als eerste twee vindt, wint het spel. De grote noviteit van het spel is dat je de aflegstapel niet schudt als je trekstapel leeg is. Dat doe je pas als je rust en weer teruggaat naar het basiskamp. Op dat moment mag je ook nieuwe kaarten kopen, die natuurlijk beter zijn dan degene waar je mee begint. Zo kom je in de ontdekkingstocht steeds een stukje verder in de jungle. Deels ga je over eerder begane paden (wat sneller is), deels nog steeds door onontdekt gebied (waar onbekende beloningen wachten). We vonden dit alledrie het leukste spel van de eerste dag. Wendy voorzag dat de beschikbare voorraad van een uitgever ver van huis beperkt zou zijn en nam direct een exemplaar mee. Verstandig, want aan het eind van de dag bleken ze door hun voorraad heen.

Nu we er toch waren wilden we hun andere spellen ook wel proberen. Nirvana laat zich wel omschrijven als een mix tussen spellen als Clever en Tai Pan, een onverwachte combinatie. Het spel bestaat uit twee fases. In de eerste ronde gooi je drie dobbelstenen en vul je het resultaat van iedere dobbelsteen in bij een groepje vakjes in dezelfde kleur. Na veertien worpen is de fase voorbij en tel je de getallen in dezelfde kolom bij elkaar op. Deze totalen vul je aan de rechterkant van je velletje oplopend in. Dit zijn nu je virtuele ‘kaarten’ die je zo snel mogelijk kwijt moet raken. Een van de speler begint en ‘speelt’ een combinatie van kaarten van dezelfde waarde. Net als in klimspellen speelt iedereen telkens kaarten van een hogere waarde, totdat iedereen past en de winnaar van de slag een nieuwe combinatie kiest. Mijn Tai Panervervaring kwam me erg van pas, ik probeerde zo vaak mogelijk dezelfde totalen en een paar hoge totalen te maken: een hand van kaarten waar je in dat soort spellen snel de ronde wint. Ondanks die bijzondere noviteit zag ik hier geen mogelijk aanschaf in, dan speel ik liever de beide inspiratiebronnen. Maar bijzonder was het zeker.

Het derde spel was Fake Art Inc., dat al uitverkocht was toen wij er waren. Hierin speel je kaarten met schilderijen van enkele bekende negentiende-eeuwse meesters. Tussen alle spelers worden alvast twee van die kaarten gelegd. Liggen er van een schilder rechts van je meer kaarten dan links, dan zijn die portretten voor jou veel waard. Liggen er links meer, dan zijn het blijkbaar vervalsingen en zijn ze waardeloos. Je mag kaarten aan beide zijden bijleggen of ze snel verkopen om te voorkomen dat de andere spelers jouw kaarten in waarde doen dalen. Bieden om de spelersvolgorde is daarbij essentieel. Dit vond ik het minst geslaagde spel van de drie, ook Wendy en Jurre waren weinig enthousiast. De status ‘uitverkocht’ is blijkbaar geen garantie voor een goed spel. Daar zouden we de volgende dag overigens opnieuw mee geconfronteerd worden, daarover later meer.

De dag begon aardig op te schieten en we waren nog steeds niet in hal 3 geweest, domein van de grote uitgevers. Bij Schmidt waren opvallend veel tafels leeg. Dit is een van de uitgevers waar je aan een tafeltje kunt zitten en het ene na het andere spel bij de balie ophalen om lekker te gaan spelen. Als je wilt, zou je de hele dag kunnen blijven zitten. Een populaire optie, zeker als de uitgever veel interessante titels heeft. Dat was nu wat minder, want de nieuwe titels waren voor een groot deel kinderspellen. De belangrijkste uitzondering was Clever 4Ever, alweer een nieuwe versie. Ik heb de verschillende Clevers samen misschien wel 200 keer gespeeld, dit is dus een gegarandeerde aanschaf. Daar moet ik helaas nog even op wachten, op de beurs was het al uitverkocht. We wilden het toch graag proberen, met veel plezier. Als je alle Clevers al kent is het vooral leuk om uit te puzzelen wat nu weer een handige volgorde is voor het kiezen van de kleuren en de bonussen. Wederom een geslaagde variant, die ik thuis moeiteloos tientallen keren op tafel zal krijgen.

De dag eindigde bij uitgever Matagot. Ik had daar een lege tafel met Hidden Leaders gezien. Omdat Dagmar en Anton zich weer bij ons hadden aangesloten leek me dat een ideale afsluiting, maar net toen we richting de tafel liepen schoof er een ander gezelschap aan. De keuze viel op St. Patrick. Dat kon met maximaal vier, maar Anton had geen bezwaar om in plaats daarvan zijn stappenquotum van de dag te halen. St. Patrick is een slagenspel dat vooral opvalt door de schitterende vormgeving op de kaarten. Op voorhand leek het een kopie van hartenjagen: een kleur levert per kaart een slangenbeet (strafpunt) op, enkele andere kaarten leveren er drie. Wat het spel anders maakt, is dat de spelers voor elke ronde relikwieën verdelen, die je beschermen tegen de beten. Maar als de spelers te gulzig zijn en samen alle relikwieën nemen, krijgt iedereen een strafpunt per relikwie en begint het verdelen opnieuw. Dat geeft het spel halverwege een aparte dynamiek. De speler met de minste strafpunten kan dreigen de voorraad op te nemen als de voorsprong op de anderen groot genoeg is. Die tuinen daar natuurlijk niet in, waardoor iedereen steeds minder relikwieën neemt en de inzet van de slagenronden alleen maar groter wordt. Ik vond het spel niet bijzonder genoeg om voor mijn al erg omvangrijke verzameling zelden gespeelde maar leuke slagenspellen. Ik sluit alleen niet uit dat ik erop terugkom.

St. Patrick was het laatste spel van de dag. Tijd om ergens een maaltijd te scoren en het spelen voort te zetten in ons hotel.

3 reacties

  1. Hoi Dagmar en Peter Hein (ik plaats bij jullie beide hetzelfde berichtje),

    Behalve dat ik zelf ook al voor de 20e keer Spiel heb bezocht (ivm de drukte altijd alleen maar de donderdag), kijk ik ook ieder jaar weer uit naar de vele Spielverslagen en zeker die van jullie. Bij het lezen van jullie terugblikken waan ik mij direct weer op Spiel. Dank daarvoor en op naar volgend jaar.

    Spellengroet van Jan / IkSpeelMetRood

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *