Maandoverzicht: december 2021 (Dagmar)

Geplaatst door

Deze laatste maand van het jaar stond helaas wederom in het teken van lockdowns. We begonnen nog met de avondlockdown waarbij je nog vier bezoekers thuis mocht ontvangen, maar eindigden met een strenge lockdown waarbij je maar twee bezoekers thuis mag ontvangen. En dit betekende helaas dat de afspraak die ik met mijn collega’s had gemaakt om bij één van hen thuis verder te spelen aan Pandemic Legacy Season 0 moest worden geannuleerd (want drie bezoekers is er net één te veel). Gelukkig gaat het boosteren nu heel snel (ik heb een afspraak voor 2 januari), dus hopelijk gaat dat helpen om de dreiging van Omikron te beteugelen zodat we binnenkort weer uit de strenge lockdown naar een mildere vorm van lockdown toe kunnen (ik zie het nog niet gebeuren dat alle beperkingen op korte termijn worden opgeheven, maar ik heb het graag mis). De laatste twee weken van het jaar waren we vrij en omdat twee bezoekers niet geen bezoekers is hebben we in die weken wel af en toe afgesproken met familie en vrienden (waarbij we altijd op de dag zelf een zelftest deden om het risico over en weer te beperken). Op die manier zaten er toch nog twee spellendagen in de laatste weken van het jaar. En dat zorgde er voor dat er in de afgelopen maand 68 keer een spel op tafel kwam.

Op spellengebied stond deze maand mijn List of Shame Challenge centraal. Bijna al mijn nieuwe spellen deze maand, kwamen dan ook van deze lijst. Van de 20 nieuwe spellen stond er namelijk maar één niet op deze lijst. Over Sushi Go Party, de Helden en Demonen uitbreiding van het uitstekende El Dorado en A Fake Artist goes to New York heb ik al recensies geschreven, dus die sla ik in dit overzicht verder over. Maar dan blijft dus nog een flinke lading nieuwe spellen over, ga dus maar even goed zitten voor je verder leest. Dit maandoverzicht is flink lang.

De Clever Hoch Drei Challenge is een nieuw scoreblok voor Clever tot de 3e macht. Het spel is hetzelfde, maar de nummertjes staan net op een ander plaats waardoor je nieuwe wegen moet zoeken naar de overwinning.  Liefhebbers van Clever tot de 3e macht die toe zijn aan wat variatie, kunnen deze uitbreiding dan ook met een gerust hart in huis halen.

Dobbelstenen behoren tot de standaard uitrusting van Dungeoncrawlers. Zo ook in Paper Dungeons, alleen is dat geen gewone Dungeoncrawler, maar een roll & write Dungeoncrawler. Ook de andere standaard elementen van een Dungeoncrawler komen terug: het kunnen opwaarderen van je helden, het vinden van schatten, levens verliezen, healing potions, het verslaan van steeds sterkere monsters en uiteindelijk de Big Boss. Iedere speler krijgt een eigen briefje waarop de kerker staat die doorzocht moet worden. Iedere ronde worden een aantal dobbelstenen gegooid die aangeven wat de spelers mogen doen: opwaarderen van hun helden, healing potions maken, schatten rapen of lopen door de kerker waar je afhankelijk van je route schatten kan vinden en wat monsters in elkaar kan beuken. Maar ook waar vallen en te sterke monsters je schade opleveren. Het spel is na een vast aantal rondes afgelopen en wie dan de meeste punten heeft wint het spel.

Ik vind Paper Dungeons een erg leuk spelletje. Er is zo veel wat je kan doen, dat het lastig kiezen is. Aan het begin van het spel wil je meestal eerst je held wat opwaarderen en wat handige schatten vinden die je sterker maken. Maar je hebt ook maar zo veel kansen om door de kerker te lopen, dus het loont om niet alleen lekker op te waarderen, maar om toch ook al snel eens in de kerker te gaan kijken. Het enige nadeel van dit spel is dat er zo veel opties zijn dat het een paar rondes duurt voor je alle mogelijkheden ziet en ze goed kan afwegen. Het is daarbij makkelijk om een regeltje te missen. Tegelijkertijd drukt dit de pret niet en kan je het een volgend potje gewoon beter doen.

Lost Cities: Rivalen is één van de twee Lost Cities spellen die ik bij Kosmos zonder echt na te denken in mijn mandje gooide toen ik in de rij stond te wachten om het spel te kopen waar ik voor kwam (Baumkronen). Zo gaat dat met koopjes vlak bij de kassa (degene die nooit bij de kassa nog even snoep heeft gekocht, mag nu de eerst steen werpen). In deze variant wordt het oplopende setjes verzamelen uit Lost Cities gecombineerd met bieden à la Ra (maar dan net anders). Alle spelers krijgen een bepaalde hoeveelheid muntjes en alle Lost Cities kaarten worden in vier stapels verdeeld (in ieder van de vier rondes wordt één stapel gebruikt). Als je aan de beurt bent, dan mag je kiezen of je een nieuwe kaart wilt open draaien of dat je een veiling wilt starten. Als je een veiling start dan wordt er net zo lang geboden tot niemand meer wil verhogen. De winnaar mag vervolgens één kaart uit de centrale voorraad wegleggen en net zo veel van de overige kaarten aan zijn eigen oplopende rijtjes toevoegen. Als er dan nog wat over is, dan blijft dat gewoon liggen. Zodra de ronde-stapel op is, wordt al het betaalde geld weer eerlijk onder de spelers verdeeld (alleen in de laatste ronde gebeurt dit niet). Wie na vier rondes de meeste punten heeft verzameld, wint het spel.

Ik ben blij dat ik mijn impuls om Lost Cities: Rivalen op Spiel te kopen, niet heb onderdrukt. Het is echt een leuk spel en door het bieden verrassend anders dan de andere Lost Cities spellen die toch meer om handmanagement draaien. Het is best lastig om te bepalen hoeveel de pot waard is. Daarbij moet je niet alleen bedenken wat de kaarten jou opleveren, maar ook wat ze anderen opleveren en wat de mogelijkheid waard is om een kaart die iemand anders nog kan gebruiken weg te gooien. En ondertussen moet je er ook nog voor zorgen dat je voldoende cash overhoudt om in het spel te blijven.

Het andere Lost Cities spel dat ik uit de Kosmos-koopjeshoek viste was Lost Cities to go. Dit spel is een stuk dichter bij het origineel gebleven dan Rivalen, al speel je dit keer met kartonnen fiches in plaats van met kaarten. In je beurt mag je altijd kiezen tussen een kartonnen tegel open draaien (en deze in één van je expeditie-rijtjes leggen, op één van je twee voorraad velden leggen of in de centrale voorraad laten liggen) of een tegel uit de centrale voorraad of je eigen voorraad pakken en in een eigen expeditierijtje leggen. Doel is nog steeds om zo waardevol mogelijke expeditierijtjes te maken, die nog steeds oplopend gespeeld moeten worden. Verder zijn de vier overval-tegels nieuw. Als je er daar één van trekt dan moet je een tegel uit je eigen of uit de centrale voorraad uit het spel verwijderen. Wie na drie rondes de meeste punten heeft wint het spel.

Dat Lost Cities to go zo dicht bij het origineel is gebleven, is bij ons thuis geen voordeel. Niek houdt namelijk niet zo van Lost Cities (hij trekt de geluksfactor niet zo). En dus viel ook deze variant niet in de smaak. Ik vond het nog best aardig, maar it takes to to tango en dus hebben we de derde ronde niet eens gehaald. Na twee rondes was Niek het zat en was ik zijn gemopper zat en hebben we het spel maar weer terug in zijn doos gestopt.

Hoog op mijn List of Shame stond Bakerstreet. Ik heb dit spel vermoedelijk in 2003 gekocht en nog nooit gespeeld. Het werd dus echt de hoogste tijd om dit spel eindelijk een kans te geven. In Bakerstreet zijn de spelers detectives die op zoek gaan naar bewijsmiddelen in de vorm van letters (het is onduidelijk voor welke crime dit bewijs verzameld wordt). Op tafel worden 5 stapeltjes met de bewijskaarten neergelegd. In je beurt kan je kiezen uit twee acties: kaarten spelen of de tegenstander uitdagen. Als je kaarten gaat spelen dan leg je een kaart aan (waarde 0-6) aan één van deze rijtjes waarna je je hand aanvult en een getal noemt waarvan je gokt dat de som van de waardes van de kaarten van beide spelers minimaal dit getal is. Als de volgende speler dezelfde actie kiest dan moet hij of zij een hoger getal noemen dan jij deed. De andere actie die je kan kiezen is de claim van de andere speler uitdagen. Jullie leggen dan beide je handkaarten neer en er wordt gecheckt of het laatst genoemde getal inderdaad minimaal zo hoog is als de som van deze kaarten. Als dat zo is dan wint de uitgedaagde speler, als de som lager is dan wint de challenger. De winnaar mag vervolgens één van de stapels uitkiezen om te laten waarderen. De speler die hier de hoogste waarde heeft liggen, mag dan een kaart uit de stapel bewijsmiddelen pakken. Wie als eerste zeven kaarten in oplopende volgorde heeft, wint het spel.

Toen ik de regels van Bakerstreet las, leek het me een vrij suf spelletje. Maar toen we het gingen speler bleek het veel interessanter te zijn dan ik op het eerste gezicht had gedacht. Zo vind je het helemaal niet erg als de ander je terecht challenged als je op dat moment bij alle rijtjes de meerderheid hebt liggen. Ook zijn er nog kaarten met speciale symbolen waarmee je de waardering kan beïnvloeden zodat je een rijtje waarbij je kansloos achter lag, toch kan winnen. En tegen het eind van het spel wordt het een uitdaging om die ene missende letter te vinden (waar lag hij ook al weer). Ik had echt veel meer bewijsmiddelen gewonnen dan Niek, maar omdat er een vervelend gat zat in mijn rijtje (ik miste de J), verloor ik toch. Wij hebben heel wat afgelachen om onze eigen al dan niet mislukte blufpogingen en alle momenten waarop het net anders liep dan we hadden verwacht. En een spel waar je hard bij kan lachen, is wat mij betreft een goed spel.

Vorig jaar heeft NSV vier leuke kleine spelletjes uitgebracht (Hamstern, Honey Moon, Wolle en Volle Weide). Dit jaar is deze serie uitgebreid met vier nieuwe spelletjes. Vorig jaar waren het allemaal roll & write spellen, dit keer zitten er ook twee kaartspelletjes tussen. De eerste die ik probeerde was Loot, Shoot & Whisky. Dit is een tweepersoons spelletje dat duidelijk geïnspireerd is op Rock-Paper-Scissors. Het doel in dit spel is om als eerste een fles whisky leeg te drinken (in drie grote slokken), vier keer raak te schieten of negen goudklompjes te vinden. Het spel speelt zich af in een Saloon ergens in he Wilde Westen. De spelers staan tegenover elkaar  en tussen hen in liggen vier kaarten met daarop goud, kogels of whisky die je kan stelen. De spelers kiezen vervolgens vier kaarten uit hun hand en leggen daarvan twee aan bij de eerste plekken. Met deze kaarten geef je aan of je wil pakken wat er op de kaart tussen jullie in staat, of je een kogel wilt afschieten of dat je een slot whisky neemt. Vervolgens draaien de spelers de eerste kaart open. Als beide spelers dezelfde kaart hebben gespeeld dan gebeurt er niets. Maar als twee verschillende kaarten zijn gespeeld, dan wordt gekeken welke kaart sterker is (schieten wint van stelen, stelen wint van drinken en drinken wint van schieten). De winnaar voert de gekozen actie uit en wie als eerste één van de doelen heeft gehaald, wint het spel.

Loot Shoot & Whisky is een echt spellensnackje. Het duurt maar kort en heeft niet zo veel om het lijf. Het spel draait op het denk jij wat ik denk dat jij denkt principe waarbij je de ander te slim af probeert te zijn door juist niet niet te doen wat hij/zij denkt dat jij denkt maar de ander te laten denken dat je dat wel gaat doen. En dat is leuk genoeg om een spel dat maar vijf a tien minuten duurt te kunnen dragen. Best grappig tussendoortje dus.

Het tweede NSV-kaartspelletje is Bunte Blätter. Dit is een puzzelspelletje waarbij je je kan afvragen of het niet gewoon een puzzel is in plaats van een spel. In dit spel krijgt iedere speler vijf dubbelzijdige kaarten kaarten met daarom 4 verschillende (rode/groene/gele) herfstblaadjes. Vervolgens wordt er een opdrachtkaart opengedraaid met daarop een raster van 4 bij 4 herfstblaadjes. Het is vervolgens de bedoeling om dit patroon met je vijf kaarten zo snel mogelijk na te maken. Je moet daarbij vier kaarten neerleggen en de vijfde daarboven op leggen op een manier dat hij over meerdere kaarten ligt. Wie als eerste de opdracht vervuld, wint de opdrachtkaart. En de speler die als eerste drie opdrachten heeft gewonnen, wint het spel.

Het klinkt bijna te simpel om leuk te zijn dit spelletje. Maar doordat het echt veel moeilijker is dan je denkt om met maar vijf kaarten de opdracht na te maken, is het toch een vermakelijke uitdaging. Het maakt dan eigenlijk niet uit of je dit spel alleen doet of met meer speelt. Het puzzelen blijft namelijk exact hetzelfde, je puzzelt dan alleen simultaan met anderen en probeert net sneller te zijn. Er zitten 32 opdrachten in het spel, dus je bent (zeker met mijn gebrek aan puzzeltalent) wel een tijdje zoet voor je die allemaal hebt opgelost.

Op mijn lijst met ongespeelde spellen stonden beide goodie boxen van Raja’s van de Ganges. In beide boxen zitten meerdere mini-uitbreidingen die aan het Raja’s van de Ganges kunnen worden toegevoegd. Je kan daarbij zoveel uitbreidingen toevoegen als je wilt. De eerste keer speelden we alleen met de Tiger Expansion. Als je met deze uitbreiding speelt dan komt in elke tijger stapel er één tegel bij die (als hij open wordt gedraaid) ook gekocht kan worden. Ze leveren altijd meteen een voordeeltje op (zoals nog een keer de bonus pakken van het rivierveld waar je op staat) en een permanente bonus (zoals als je de boot beweegt dan mag je als je wilt één stapje verder varen). In ons potje kwam maar één keer een tijger-tegel voorbij, dus de uitbreiding had weinig impact. We hebben de volgende dag het spel nog maar een keer gedaan en er vijf uitbreidingen in gestopt. Zo kregen niet alleen alle Tijger-stapels een extra tegel, maar ook de Slang- en Koe-stapels. Verder kregen van de Through the Wilds of Gangestan uitbreiding alvast een tegel op ons provincie-bord die een eenmalige bonus opleverde zodra we hem met het centrale paleis verbonden. En ten slotte gebruikten we de Mango-village uitbreiding, waarbij twee extra stapels met tegels in het spel kwamen die je op de normale manier kon kopen en die ook weer een onmiddellijk voordeel en permanente bonus opleverden. Maar bij de Mango-village kwam er ook een kleine extra tegel op het bord te liggen (de Mango-village zelf) waar iedere ronde één iemand een mannetje kon plaatsen waarna je maximaal twee Mango-village-tegels op je eigen provinciebord mag activeren voor hun onmiddellijke voordeel.

Het risico van een mini-uitbreiding is dat hij in een potje geen impact heeft. Dit merkten we toen we met de tijger-uitbreiding speelden en er maar één keer een tijger-tegel uit deze set voorbij kwam. Het is dus leuker om wat meer uitbreidingen tegelijkertijd te gebruiken. Dit deden we de tweede keer en toen werkte het wel. Iedere uitbreiding is zo klein dat hij nauwelijks impact heeft, maar door meerdere te gebruiken, kwamen ze wel voorbij en zorgden ze voor nieuwe mogelijkheden. We pasten beide onze strategie aan waardoor we op een andere manier gingen spelen dan normaal. En dat was heel verfrissend. De mini-uitbreidingen gaan we er dus in houden. 

De reden dat Fairy Tale nooit eerder op tafel was gekomen, is dat de regels niet zo helder zijn opgeschreven (ik heb de Duitse editie). Het kostte dan ook wat doorzettingsvermogen om er door heen te komen en uit te vogelen hoe het spel werkt. De pictogrammen op de kaarten zijn een beetje onduidelijk, maar toen ik ze eenmaal doorhad, viel het eigenlijk reuze mee. Fairy Tale is een draft spel waarbij je in vier rondes vijf kaarten draft. Van de vijf kaarten die je in een ronde krijgt, speel je er vervolgens drie die op verschillende manieren punten opleveren. Maar bij het uitspelen van een kaart, activeer je soms ook nog een actie (verplicht kaarten dicht of open draaien of zelfs afleggen). Dit zorgt voor extra interactie en extra lastige keuzes (je wilt een bepaalde kaart graag hebben, maar dan moet je wel verplicht een andere kaart dicht draaien waardoor hij niet meer meetelt voor de waardering, tenzij het lukt om de juiste opendraai kaart te spelen op een later moment).

Wij speelden Fairy Tale met zijn tweeën. En na het eerste potje volgde meteen het tweede potje. Ik vond Fairy Tale een leuk spel, maar denk wel dat het beter uit de verf komt met meer dan twee spelers omdat dan meer kaarten voorbij komen. Sommige kaarten leveren alleen punten op als je bepaalde andere kaarten ook verzameld hebt. Sommige kaarten zitten maar één keer in het deck van honderd kaarten. Met twee spelers komen 4*5*2=40 kaarten voorbij in het spel en is er dus een 60% kans dat een kaart die maar één keer in het spel zit niet voorbij komt. En dat is misschien net te weinig.  

Myrmes is een Spiel-koopje van een paar jaar geleden. Vanwege de looks en het thema van dit spel had ik er al vaker verlekkerd naar gekeken, maar vanwege de spelduur (60-120 minuten) had ik de koop niet aangedurfd. Maar voor een tientje durfde ik de gok wel te nemen. Vervolgens bleef het spel nog een paar jaar ongespeeld in mijn kast staan. De regels van Myrmes bleken een uitdaging te zijn (slecht gestructureerd regelboek). Gelukkig kon ik op Boardgamegeek een paar uitlegfilmpjes kijken zodat ik een beetje gevoel had voor de structuur van  het spel. Daarna begreep ik de hoofdstructuur en lukte het om door de regels heen te komen. Myrmes is een workerplacement spel waarin je een kolonie mieren aanstuurt. Het interessante is dat je twee borden hebt waarop de mieren leven. Verder heb je verschillende soorten mieren die verschillende taken op zich kunnen nemen. Op je eigen bordje zie je het ondergrondse nest met de verschillende kamers. In de eerste fase van het spel verdeel je je nurses (soort mier) over deze kamers. Daarmee bepaal je onder andere wat voor andere mieren er bij komen (vechtmieren, werkmieren, larven) en of je later in het spel speciale acties wilt uitvoeren. Vervolgens bepaal je wat je werkmieren gaan doen. Ze kunnen in het hol een paar taakjes uitvoeren die niet zo veel opleveren (maar dan mag je ze nog wel een volgende ronde gebruiken). Of je stuurt ze naar buiten (het andere bord) waar ze de wijde wereld gaan ontdekken en daar prooien kunnen vangen (met behulp van de vechtmieren), paadjes kunnen aanleggen en grondstoffen vinden (maar zijn ze daarna dood zodat je ze niet nog een keer kan gebruiken in een volgende ronde). Je verzamelt op verschillende manieren punten (o.a. door het vangen van prooien, het bouwen van paadjes en het behalen van bepaalde doelen) en wie de meeste punten heeft aan het eind van het spel wint.

Het begin van het eerste potje verliep nog wat stroef omdat we nog een beetje met de laatste details van de regels aan het klooien waren, maar al gauw ging het steeds beter. Myrmes is een complex spel waarin je veel meer wilt dan je kan (je komt altijd mieren te kort). Je bouwt gedurende het spel steeds meer op waardoor je steeds meer kan en je dus het gevoel hebt dat je iets aan het bereiken bent. Boven de grond heb je bovendien te maken met de andere speler(s) doordat je op dezelfde prooien jaagt en je elkaar lekker in de weg kan zitten bij het bouwen van de paadjes. Door de complexiteit (zeker in combinatie met de slechte spelregels) is dit geen spel voor iedereen, maar liefhebbers van complexere Euro-spellen zullen hier zich zeker mee vermaken.

Ik weet zeker dat ik Babel ooit gespeeld heb. Maar dat was voordat ik structureel op Boardgamegeek ging bijhouden welke spellen ik speelde en dus stond dit spel nog als ongespeeld in de boeken. Ik herinnerde me van dit spel dat ik het niet zo leuk had gevonden omdat er continue dingen werden afgebroken. Ik had dan ook niet heel erg zin om dit spel te gaan spelen, maar in het kader van de List of Shame Challenge moest de klus geklaard worden. In Babel trekken verschillende volken tegen elkaar ten strijde terwijl ze ondertussen torens aan het bouwen zijn. In je beurt trek je altijd eerst drie kaarten die je vervolgens uit kan spelen. Hierdoor leg je op verschillende plekken kaarten neer. Op ieder van deze locaties bouw je ook een toren. Je begint dan met niveau één (dat mag als er één volkkaart ligt), daarna komt niveau twee (daar heb je twee volkkaarten voor nodig) en zo door tot niveau zes (waar je zes volkkaarten voor nodig hebt.). Zodra je drie volkkaarten hebt liggen op een locatie, mag je ook één van deze kaarten afleggen om daarmee een speciale actie uit te voeren, waarvan de meest gemene is dat je de toren van de andere speler helemaal instort. Wie als eerste een bepaald aantal punten heeft (met een minimaal verschil ten opzichte van de andere speler), wint het spel.

Ik houd niet zo van spellen waarbij je dingen van de andere kapot maakt. En dat is precies wat je in Babel regelmatig doet. Je laat torens instorten, je jat bouwlagen, je laat volken overlopen. Ik vond het spel leuker dan ik had verwacht en het zit echt goed in elkaar. Maar ik houd er gewoon niet zo van. Ik vind het leuker om lekker dingen op te bouwen zonder negatieve interactie. Prima spel dus voor mensen die negatieve interactie leuk vinden, maar niet mijn ding.

Ik vind Cartographers een erg leuk roll & write spel. Toen er op Kickstarter een nieuwe variant werd aangeboden, wist ik dan ook niet hoe snel ik op de “doe mij maar alles” knop moest drukken. De kern van deze set is Carthographers Heroes. Dit is een nieuw zelfstandig speelbaar spel dat op maar een paar kleine puntjes afwijkt van Carthographers. Er zitten namelijk nieuwe monsterkaarten in die net wat complexer zijn en helden kaarten die je helpen om monsters onschadelijk te maken. Verder is het hetzelfde gebleven. Je kan de kaarten van beide spellen dan ook prima mengen (al is bij mij dan het probleem dat er voor de kaarten van Carthographers Heroes set een andere papiersoort is gebruikt dan voor mijn Carthographers set en je het verschil dus heel makkelijk ziet). Omdat beide spellen nagenoeg hetzelfde zijn, vind ik Heroes ook leuk (en je kan je dus afvragen of je beider spellen wel nodig hebt). Ik vind het wel een beetje jammer dat het verschil niet groter is. Gelukkig heb ik ook een aantal uitbreidingen meegekocht en daar lijkt wel meer variatie bij te zitten.

Op de valreep had ik nog een spellendagje met Peter Hein en Anton afgesproken en dit was natuurlijk weer een mooie kans om wat ongespeelde spellen te doen waar je meer dan twee spelers voor nodig hebt. Peter Hein en Anton waren de beroerdste niet en hebben drie spellen van mijn lijst gedaan (heren, bedankt!). We begonnen met Cosmic Eidex. Anton en Peter Hein bleken dit spel regelmatig met veel plezier te spelen. Ze besloten me de basisversie uit te leggen omdat de volledige versie een beetje te veel van het goede zou worden. Cosmix Eidex is een slagenspelletje wat me een beetje aan De Vos in het Bos en Tai Pan doet denken, maar dan ingewikkelder en uitsluitend voor drie spelers. Iedere ronde zijn er twee overwinningspunten te verdelen. Meestal krijgen de spelers die de meeste en de minste punten hebben binnen gehaald deze overwinningspunten, maar als een speler alle slagen heeft gehaald dan krijgt die beide overwinningspunten en als een speler meer dan 100 punten heeft gehaald dan krijgt diegene niets en krijgen de andere twee spelers de overwinningspunten. Ik vond het vooral ingewikkeld om te onthouden hoeveel punten elke kaart waard was, mede doordat dit afhing van of het een kaart in de troefkleur of in een niet-troefkleur is (en bij de volledige versie zijn er nog meer varianten). Om het nog verwarrender te maken is ook de volgorde van de kaarten anders in de troefkleur dan in de niet-troefkleur (aas vs boer als hoogste).

Cosmic Eidex is een erg leuk spelletje dat vast nog veel leuker wordt als je het beter kent. Voor mij was het echt een oefenpotje waarin ik een idee kreeg, maar waar ik nog niet goed genoeg wist wat de waarde van kaarten was en hoe ik daar op moest spelen. En dan hadden Peter Hein en Anton me nog de volledige regelset bespaard. Jammer dat je exact drie spelers voor dit spel nodig hebt, want dat overkomt me niet zo vaak. Maar verder topspel. Dit zou ik graag vaker willen doen (maar de kans dat dat gaat gebeuren is klein gelet op het spelersaantal).

Het tweede spel dat we deden was Die Siedler von Nürnberg, een oude kolonisten-variant die zich afspeelt in en rond Nürnberg. Het grappige van deze variant is dat het bord uit twee delen bestaat: het ommeland van Nürnberg waar je dorpjes bouwt die je grondstoffen opleveren en tolwegen die je goud opleveren en de stad zelf waar je handelshuizen en stadsmuren bouwt. Als je handelshuizen bouwt dan kan je daar grondstoffen omzetten in handelsgoederen die je over de tolwegen naar andere steden kan vervoeren wat je weer goud oplevert. Het goud heb je nodig om stadsmuren te bouwen en dit levert weer overwinningspunten op. En als je daar lekker aan bouwt, dan levert dat weer een puntenkaart op (vergelijkbaar met die voor de langste handelsroute en grootste riddermacht) Kortom: je hebt meer keuzes om dingen te doen die met elkaar samen hangen.

Ons potje ging heel erg snel en daardoor vraag ik me af of ik ergens een regel over het hoofd heb gezien (ik heb nog gekeken, maar heb niets gevonden). Peter Hein wist op een gegeven moment als eerste voldoende muren te bouwen om de bonuskaart binnen te halen en daardoor won hij het spel (deze bonuskaart is namelijk 4 punten waard en dat hakt er wel in). Misschien hadden we hier meer op moeten spelen. Door dit plotselinge einde, miste ik de climax die je normaal bij Catan wel had. Voor mijn gevoel zaten we nog in de opbouwfase en toen was het ineens voorbij.

En ten slotte speelden we nog Matryoshka. Ik heb dit spelletje ooit gekocht omdat het gaat over de Russische Matroesjkas  (zo’n serie waarbij uit een grote pop een reeks steeds kleinere poppetjes komen). Toen ik klein was hadden we zo’n set en ik vond het leuk om daar mee te spelen. Matryoshka is een spelletje waarin je setjes moet verzamelen van matroesjka’s in zowel soort als maat. Aan het begin van iedere ronde leg je een aantal van je kaarten op tafel waarmee je de andere spelers een idee geeft over welke matroesjka’s voor jouw interessant zijn. Daarna mogen alle spelers om de beurt één van hun overige kaarten te ruil aanbieden. De andere spelers zijn verplicht om een kaart als tegenruil aan te bieden. De actieve speler kiest één van deze kaarten, waarna de ruil wordt gemaakt. Als je dus een kaart hebt die de andere spelers graag willen hebben, dan kan je verwachten dat zij jou iets gaan aanbieden wat jij graag wilt hebben. Het spel duurt vier rondes en wie dan de beste set heeft verzameld, wint het spel.

Ik vond Matryoshka een grappig tussendoortje. Het speelt lekker vlot weg, maar toch is er genoeg te kiezen.  Bij het bepalen welke ruil je maakt en welke kaart je aanbiedt, moet je niet alleen rekening houden met wat het jou oplevert, maar ook wat het de ander oplevert. Soms kan je beter een ruil maken waar je niet echt wat mee opschiet, maar is dat beter dan een ander een super aantrekkelijke kaart te geven.

Peter Hein had verder nog Shamans klaargelegd. Dit is een slagenspel met een vleugje weerwolven. Alle spelers krijgen in het geheim een rol toebedeeld. Wij speelden met zijn vieren en dan zijn er drie shamaans en één schaduw. Ieder keer dat in bij een slag een speler niet kan volgen, wordt een pion een stukje richting de dark side verzet en als de pion daar aankomt dan wint de Schaduw. Behalve als de Sjamanen de Schaduw van te voren vermoord hebben. Je moet dus uit hoe iedereen speelt zien af te leiden wie de Sjamanen zijn en wie de Schaduw. Maar omdat je het natuurlijk moet doen met de hand die je gedeeld hebt gekregen, komt het regelmatig voor dat je als Sjamaan kaarten moet spelen (gewoon omdat je niets beters hebt) die verdacht over komen.

Ik vind het leuk bedacht om op geheime rollen op deze manier te combineren met een slagenspel. Maar doordat je best weinig kaarten hebt, vond ik het lastig om signalen af te geven of te interpreteren. Misschien gaat het beter met meer spelers of was het beter gegaan als een potje net wat rondes meer had geduurd zodat je meer tijd had om zelf signalen af te geven en die van anderen te interpreteren. Of misschien ben ik gewoon niet zo goed in dit soort spellen, dat kan ook nog.

2 reacties

  1. Dankjewel voor je overzicht!

    Je verslagen kunnen mij niet lang genoeg zijn… voor mij zijn ze een belangrijke leidraad.

    Er ligt een nieuw jaar voor je, hopenlijk met nieuwe challenges

    1. Dank je wel voor je vriendelijke woorden, Dick. Leuk om te horen dat je mijn epistels met plezier leest.

      Groetjes Dagmar

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *